De Boetschuur in het Museumkwartier

31 januari '22

Visserij heeft vanaf eind 16e eeuw tot halverwege vorige eeuw gezorgd voor de belangrijkste bron van inkomsten voor de Vlaardingse bevolking. Aan het kostbare ‘zilver uit zee’ waren veel bedrijfstakken verbonden, zoals kuiperijen, scheepswerven, lijnbanen, zeilmakerijen en boetschuren. Zo’n oude boetschuur staat in het plangebied van het Museumkwartier, achter het Kwakkelsteijn complex, en dient als Rijksmonument. Het is één van de weinig overgebleven exemplaren in authentieke (wel heel slechte) staat. Maar, wat is een boetschuur eigenlijk en wat gebeurde daar allemaal?

Nettenboetsers

De carrière van een ‘boetster’ begon ooit als koffiemeisje. Dat werd later aangevuld met klusjes als boodschappen doen, toiletten schoonmaken en vissersnetten repareren. Het breien en repareren van een vissersnet werd ‘boeten’ genoemd. In de zomer werd dit boeten gewoon buiten gedaan, maar in de winter in boetschuren en op boetzolders.

Veel vrouwen gingen om geld te verdienen werken in de boetschuur in Vlaardingen. Tot in de 20e eeuw was boeten één van de belangrijke bezigheden van Vlaardingse vrouwen. De boetsters droegen witte schorten en witte klompen. Die klompen staken zij in het net om dit strak te houden tijdens het repareren. Op hun witte schort zagen ze de netten goed.

Boetsters maakten lange dagen van wel 16 uur. Dat veranderde wel door de invoering van de Arbeidswet in 1889. Jonge meisjes werden bij inspectie weggemoffeld tussen de netten. Onder wakend oog van de hoofdboetster werd er veel gezongen en gekletst.

  Lees het laatste nieuws
  Neem contact op